Waarom eindgebruikers er niet ‘voor gaan’
Het afgelopen jaar was ik aanwezig op het congres Week van de Koude met als subtitel ‘hoe houdbaar is koeling in 2020 ?’ Dit was een breed congres waar koel methode van supermarkt tot datacenter aan bod kwam.
Opvallend was de reactie uit de zaal op bepaalde datacenter onderwerpen. Vooral omdat het grootste deel van het publiek geen datacenter eigenaar was, maar uit de leverancier/consultant hoek kwam. Je zou verwachten dat deze mensen op de hoogte zijn van de laatste technische en wettelijke ontwikkeling. Innovatie zou volop in beeld moeten zijn… en dat was het niet… Er waren zeer conservatieve geluiden te horen en mensen die aangaven ‘ja maar… we moeten toch 21C lucht aanbieden met een bepaalde luchtvochtigheid’.
Ik luisterde met verbazing, tot dat de datacenter collega van Telecity met zijn presentatie begon en de opmerking maakte ‘ik kan niet te ver afwijken en te ver gaan in de ASHRAE normen omdat de klanten daar niet om vragen..’
En hij heeft gelijk… als je business aan de concurrent verliest omdat je klant ouderwetse eisen stelt… ga je ‘conservatief’ bouwen.
Als we onder andere Gartner onderzoeken in 2009 mogen geloven, is de adoptie van energie efficiëntie in het datacenter erg mager. De efficiëntie slag begint tenslotte bij ‘meten is weten’ en het bepalen van je eigen PUE (of soort gelijke). Er zijn nog steeds opvallend weinig organisaties die zicht hebben op hun PUE.
Organisaties die de ontwikkeling van energy efficiëntie voortduwen zijn de leveranciers, belangen organisaties en standaarden commissies. Leveranciers leveren en innoveren alleen als er markt potentieel is. Dus als de klant er niet om vraagt… is er ook geen prikkel om iets te doen. De bezetting van belangen organisaties en standaarden commissies is ook opvallend: veel leveranciers en grotere eind gebruikers.
De leveranciers hebben baat bij deze tijds investering; ze kunnen helpen de markt een richting op te sturen (met een standaard) en tijdig in spelen op deze ontwikkelingen met hun product portfolio.
De grote eindgebruikers zijn meestal organisaties met een commercieel belang bij de ontwikkeling van een standaard. Je vind daar vooral hosting en co-lo’s. Voor hun loont het om geld te steken in lidmaatschap (Green Grid lidmaatschap kost enkele duizende euro’s) en uren en zo doende tegen klanten te kunnen zeggen dat ze betrokken zijn en als eerste bijvoorbeeld een ‘klimaat neutraal, conform norm XYZ’ op hun gevel kunnen schroeven.
Dit zijn echter ook de eindgebruikers die roepen dat hun invloed maar gaat tot aan het systeem rack en niet de inhoud.
Deze grote eindgebruikers vallen natuurlijk wel op bij de overheid: hoog energie verbruik, geconcentreerd op 1 plek. Zo bestaat de benchmark van Tebodin vooral uit deze grote co-lo organisaties. Datacentra binnen kantoorpanden zijn niet mee genomen.
De grote massa bevind zich echter binnen kantoorpanden. Vanuit mijn eigen organisatie en vele andere waar ik ben geweest en die ik ken, zitten in afnames van 400kW tot enkele Megawatts voor het ‘datacenter’ binnen een kantoor gebouw.
Dit zijn bedrijven en organisaties waar voor ICT een noodzakelijk kwaad is, maar niet de hoofd activiteit. Dat komt neer op: ICT dient bij te dragen aan het optimaliseren van het bedrijfsproces en niet te veel geld te kosten. Voor deze bedrijven ontbreekt het een ‘sense of urgency’ om zelf te werken aan energy efficiëntie:
- Er is, ten opzichte van de totale bedrijfskosten, een minimale winst te behalen.
- Er is geen tot weinig marketing/PR voordeel te behalen
Dus… waarom zou je.
Dat gaat ook op voor het voor-traject; de betrokkenheid binnen standaarden ontwikkeling (NEN, CENELEC) en industrie groepen (Green Grid) op dit vlak. Dit betekend dus minimale input van de grootste groep datacenter gebruikers en eigenaren, terwijl deze wel worden geconfronteerd met de resultaten van deze organisaties.
Ondertussen zitten de nationale overheden niet stil. Kopenhagen mag dan wel niet hebben gebracht wat men er van verwachte… de ambitie en targets van bijvoorbeeld Nederland blijven ongewijzigd en het datacenter is daarbij nog steeds in het vizier.
Daar zal dus ook de prikkel vandaan gaan komen; de overheid die zich met de markt en CO2 uitstoot gaat bemoeien. Echter op basis van welke standaarden en normen worden de regels gebouwd ? Dekken deze regels en oplossingen die andere grote groep datacenter eigenaren, die verborgen zijn onder het water… ?
Ook Christian Belady (Microsoft) boog zich over de resultaten van het Gartner onderzoek:
- Part 1: The Polarization of the Data Center Industry (at least for now)
- Part 2: The Inflection point in the data center.
In het 2e stuk geeft hij aan:
So our industry woke up in 2006 and while the Gartner graph does show we have work ahead of us, I do think we can say that in less than four years the industry has made great strides (and perhaps I shouldn’t complain so much!).
De ontwikkeling op datacenter vlak is snel gegaan de afgelopen 4 jaar en we hebben de nodige resultaten geboekt.
Nu echter de overheid zich er mee gaat bemoeien word het wel van belang dat de regulering het gewenste resultaat gaat opleveren. Als men hierbij alleen kijkt naar het fysieke datacenter deel (de focus van de hosting en co-lo) zou het kunnen dat we de plank mis slaan en de efficiëntie doelen niet halen of zelfs negatief beïnvloeden. (Zie ook: Datacenter Pulse Stack – de waarde keten van ICT )
De overheid dient zich bewust te zijn van de spelers (en hun motivatie) die bij hun (op dit moment) aan tafel zitten
De datacenter eindgebruikers en eigenaren dienen zich bewust te zijn van deze aanstaande regulering en de effecten daar van op hun budgeten en bedrijfsprocessen.
3 comments